Als je ingelogd bent kun je meer informatie zien, waaronder prijzen.
Je kunt inloggen via de inlogknop bovenin de pagina.
Heb je nog geen account? Dan is deze aan te vragen via de Account aanvragen pagina
Als je ingelogd bent kun je meer informatie zien, waaronder prijzen.
Je kunt inloggen via de inlogknop bovenin de pagina.
Heb je nog geen account? Dan is deze aan te vragen via de Account aanvragen pagina
Een draadeind, ook wel draadstang genoemd, is een bevestigingsartikel zonder kop en voorzien van metrische schroefdraad. De lengte varieert van 1 tot en met 3 meter. Een draadeind is volgens DIN 975 en verkrijgbaar in blank staal kwaliteit 4.8 en 8.8, elektrolytisch of thermisch verzinkt en in messing en roestvast staal A2 an A4.
Draad (metrisch): | M20 | ||||||||
Lengte: | 1000 mm | ||||||||
Draaduitvoering: | Metrisch | ||||||||
Materiaal: | Staal | ||||||||
Sterkteklasse: | 4.8 | ||||||||
OppervlakteThermisch verzinkt | Kleur oppervlakte | Grijs | Gewicht per 100 stuks: | 207 kg | PLU-nummer: | 1707 | EAN/GTIN: | 8712811778369 | |
DIN Norm: | 976 |
Intrastat: | 73181900 |
Inhoud verpakking aantal: | 1 stuks |
Algemeen
Het thermisch verzinken van bevestigingsartikelen gebeurt volgens het centrifugeproces met een hoge zinkbadtemperatuur. Het product wordt gedompeld in een bak met vloeibaar zink waarbij een groot blok zink is verwarmd tot ca. 400°C. Tijdens het dompelen wordt het product bedekt met een laag vloeibaar zink en meteen na het uittakelen stolt deze laag. De laag is minder glanzend en na een aantal dagen meestal zelfs matgrijs. De laagdikte wordt niet bepaald door de tijdsduur in het bad, maar door de dikte van het materiaal. Tijdens het centrifugeren wordt een laagdikte van 40 - 70 μm gevormd. De voordelen van verzinken bij deze temperaturen is de geringe viscositeit van het zink bij het centrifugeren en de silicium invloed die (vergaand) wordt geëlimineerd. Nadelen van thermisch verzinken zijn druppelvorming en vervorming van dun materiaal.
Toepassingsgebied
Divers. Geschikt voor gebruik in normaal buitenklimaat en dus niet direct in het kustgebied of in agressieve, chemische of zure atmosferen. Vanwege de lage maatvastheid is het minder geschikt voor kritische belastingen en kan het door de dikte van de laag niet gebruikt worden voor bevestigingsartikelen kleiner dan M5.
Corrosiewerendheid
Is afhankelijk van de aangebrachte laagdikte. Bij een laagdikte van 50 μm. is dit circa 500 uur in zoutsproeitest volgens ISO 9227.
Maximale toepassingstemperatuur
250 graden Celcius
Alternatieve namen
Volbad verzinken, hoge temperatuur verzinken, Hot-dip Galvanising, Feuerverzinken
Systeem voor aanduiding van sterkteklassen
De aanduiding voor sterkteklassen van bouten, schroeven en tapeinden bestaat uit twee getallen gescheiden door een punt, zoals 8.8 of 10.9. Het getal links van de punt bestaat uit één of twee cijfers en geeft 1/100 van de nominale treksterkte in Newton/mm² (Megapascal) weer. Het getal rechts van de punt geeft 10 keer de verhouding tussen de minimale vloeigrens, 0,2% rekgrens of de proefspanning bij 0,0048d ongelijkmatige verlenging en de nominale treksterkte. Deze waardes zijn vindbaar in de onderstaande tabel.
Voor producten met een beperkte belastbaarheid door de vorm van de kop en/of de steel dient voor de normale sterkteklasse aanduiding een 0 geplaatst te worden (voorbeeld: 08.8). Dit komt binnen ons leverprogramma van onze ‘standaard’ DIN genormeerde bevestigingsartikelen echter niet voor.
De gegevens in onderstaande tabel geven de mechanische eigenschappen voor bouten, schroeven en tapeinden weer bij een beproeving in een omgevingstemperatuur van 10° C tot 35° C volgens NEN-ISO 898/1. Deze eigenschappen veranderen bij hogere- of lagere temperaturen. Deze gegevens gelden voor schroeven met een nominale d 39 mm, voorzien van metrische schroefdraad en bestaande uit gelegeerd- of niet gelegeerd staal. De minimale treksterkten gelden alleen voor schroeven met een nominale lengte 2,5 d. De minimale hardheden gelden voor schroeven met een nominale lengte l 2,5 d en voor producten die niet volgens een trekproef beproefd kunnen worden.
1. Voor bouten en schroeven van de sterkteklasse 8.8 met een diameter kleiner dan 16 mm bestaat een verhoogd afschuifrisico van de moeren wanneer de schroefverbinding boven de proefspanning wordt aangedraaid. De norm DIN-ISO 898/2 dient hier als richtlijn.
2. Voor staalconstructiebouten ligt de grens bij M12.
3. De sterkteklasse 9.8 geldt alleen voor nominale diameter d kleiner dan 16 mm.
Kleurcodering | |
4.8 | Geen kleur |
5.6 | Bruin |
5.8 | Blauw |
8.8 | Geel |
10.9 | Wit |
12.9 | Zwart |
RVS-A2 | Groen |
RVS-A4 | Rood |
Vooral bij draadeinden zijn er in de markt veel signalen geweest over gesjoemel met de gestandaardiseerde draadhoek waardoor de kwaliteit van de verbinding (enorm) afneemt. Deze afwijkende draadvorm heeft een scherpere tophoek van maar 50 graden of zelfs minder. Volgens de DIN 976-1 voor draadeinden (was voorheen DIN975) en de DIN13-20 voor metrische draad moet de tophoek van een metrische draadeind 60 graden zijn. Door deze niet-gestandaardiseerde draadvorm wordt er door de fabrikant zo’n 10-15% materiaal bespaard, wat in de prijs een uiteraard van invloed is. Deze draadeinden voldoen niet meer aan de gestelde minimale belastingen en sterktes met alle gevolgen van dien.
De buitendiameter van de draadstang wordt doorgaans gewoon gehaald, en de zeskantmoer zal nog steeds passen, echter doordat de draadhoek van de moer (volgens DIN) wel een tophoek van 60-graden heeft deze maar op een zeer klein gedeelte van de draad van de draadeind grip. Hierdoor neemt uiteraard de belasting enorm af. Vaak ligt ook de treksterkte van deze draadstangen een stuk lager omdat de scherpere draadhoek een hogere en diepere draad geeft en een dunnere kern van de draadstang. Hiermee komt de treksterkte zo’n 25% lager te liggen voorgeschreven in DIN 976-1.
De reden dat er draadeinden met een kleinere tophoek in de markt zijn gekomen komt doordat er een significante gewichtsbesparing is te realiseren wanneer de draadhoek kleiner wordt. Er wordt hierdoor tot wel 10-15% materiaal bespaard, wat in de prijs een invloed van 7-12% heeft.
Alleen door de buitendiameter te meten en de passing van de moer controleren met een pasmoer (kaliber) kun je niet uitsluiten of de draadeind de juiste tophoek heeft. Er moet hiervoor met een meetprojector of digitale microscoop worden gemeten om te bepalen wat de draadhoek van de desbetreffende draadeind is.
Wij hebben bij Hoenderdaal zowel controle bij onze leverancier als controle op de draadhoek bij binnenkomst van de goederen. Zo controleren we dat de draadhoek van door ons geleverde draadeinden volgens DIN976-1 ook daadwerkelijk minimaal 60 graden is.
De voorboordiameter als volgt berekend worden: D = Dnom - P
Voor draadsnijden van ISO metrische draad kun je de volgende aanbevelingstabel volgen.