CBAM: importheffing voor CO2-correctie voor fasteners aan de grens met Europa
Klimaatverandering is een wereldwijd probleem dat wereldwijde oplossingen nodig heeft. Sinds 1 oktober 2023 is Europese verordening 2023/956 van kracht. Ook bekend als; CBAM Wij als importeurs moeten hier rekening mee houden en zijn vanaf januari 2024 onderworpen aan diverse nieuwe regels en ingewikkelde rapportageverplichtingen per kwartaal.
Wat zit er achter de CBAM?
Omdat de EU haar eigen klimaatdoelstellingen verhoogt en veel niet-EU-landen een minder streng klimaatbeleid voeren, bestaat het risico op een zogenaamde lekkage van CO₂-emissies. Het EU-mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens (CBAM) is een instrument om een prijs te stellen op koolstof die wordt uitgestoten bij de productie van koolstof intensieve goederen die de EU binnenkomen en om schonere industriële productie in derde landen te bevorderen.
CBAM zal in eerste instantie van toepassing zijn op de invoer van bepaalde goederen en geselecteerde grondstoffen:
- IJzer en staal
- Aluminium
- Cement
- Mest
- Elektriciteit en waterstof
Wat moeten wij als importeur vanaf dit jaar doen?
Op dit moment is de aangifte van de CO2-uitstoot van onze geïmporteerde fasteners gebaseerd op zogenaamde door de EU aangereikte ‘default values’. We hebben dus standaard rekenwaardes voor de CO2-uitstoot van onze producten ontvangen van de EU. We moeten de geïmporteerde gewichten van onze producten totaliseren per CN-code (productsoort voor de Douane) en geven per kwartaal daarmee een inschatting van de uitstoot van de door ons geïmporteerde producten aan. Na deze introductiefase voor de 1e drie kwartalen zullen we gebruik moeten maken van de door de leveranciers opgegeven daadwerkelijke uitstoot van de door ons ingekochte producten. En deze zullen wij dan per leverancier en per product per kwartaal moeten aangeven in het door de Europese Commissie gelanceerde portaal.
Wat moeten wij na 2026 doen?
In december 2025 loopt de zogenaamde introductiefase af. Vanaf het eerste kwartaal van 2026 volgen er uitgebreide rapportageverplichtingen en moeten we over op de verwerving van zogenaamde CBAM-certificaten. Deze certificaten moeten we voorafgaand aan het volgende kwartaal inkopen; we moeten dus inschatten hoeveel ‘uitstoot’ we aan goederen het volgende kwartaal willen invoeren en hier een aansluiting mee maken. Deze certificaten kosten geld en daarmee worden onze producten duurder. Hoe minder je product uitstoot hoe goedkoper deze dan ook wordt; en dat is natuurlijk wel mooi aan dit mechanisme; de bedoeling is dat duurzamer en met minder uitstoot producen loont. Maar aan de andere kant heeft deze nieuwe heffingsmaatregel waarschijnlijk wel een grote prijsimpact op onze bevestigingsmaterialen. Afhankelijk van de waarde van een product en de uitstoot hiervan zal de impact van de maatregel tussen de +10 en +30% op de prijs van onze producten hebben! En dat is dus heel erg veel! En de prijs van de CBAM-certificaten zal in de toekomst verder oplopen; en daarmee wordt de prijsinvloed alleen maar groter na 2026.
Welke CO2-uitstoot moeten we aangeven?
We moeten bij de invoer van onze bevestigingsmaterialen van buiten de EU de uitstoot van de buiten-de-EU-gemaakte producten aangeven. Per soort bevestigingsmateriaal, per CN-code (goederen- of douane-code) en per leverancier; zelfs op batch-niveau van de producten. Dit is wat we voor CBAM moeten weten van de bevestigingsmaterialen die wij importeren:
- De directe CO2-uitstoot die vrijkomt bij de productie van de ingevoerde bevestigingsmiddelen in de EU,
- De indirecte CO2-uitstoot die zijn ingebed in de geïmporteerde bevestigingsmiddelen als gevolg van de productie van elektriciteit die wordt gebruikt voor de productie van deze goederen; ofwel de uitstoot van het elektriciteitsverbruik van de machines die de bevestigingsmiddelen maken
- De directe CO2-uitstoot die vrijkomt bij de productie van de grondstoffen die worden gebruikt voor de vervaardiging van de ingevoerde bevestigingsmiddelen; ofwel de uitstoot bij het maken van het staal.
- De indirecte CO2-uitstoot die zijn ingebed in de grondstoffen die worden gebruikt voor de vervaardiging van de ingevoerde bevestigingsmiddelen en die het resultaat zijn van de productie van elektriciteit die wordt gebruikt in productie van deze goederen.
Wat moeten onze leveranciers (buiten de EU) doen?
Deze bovenstaande uitstoot-gegevens moeten per productiebatch worden bepaald en aan ons worden verstrekt door onze directe leveranciers; dit kunnen de fabrikanten zelf zijn of handelaars. Ze worden in deze wetgeving de ‘’installatie-exploitant" genoemd. Alle actoren die betrokken zijn bij de toeleveringsketen zijn nodig zijn om de uiteindelijke gegevens voor de CBAM-aangifte te kunnen verstrekken. Gezien de complexiteit van onze totale keten, de hoeveelheid producten, bestellingen, leveringen en leveranciers begrijpen jullie vast wel de enorme impact en complexiteit om deze nieuwe CBAM wetgeving in te passen en uit te voeren…
De emissies, zoals op de vier niveaus beschreven, moeten door de leverancier worden bepaald aan de hand van productieroutes, productieprocessen, procesgrenzen, relevante grondstoffen en andere specificaties. De informatie zal door de hele keten heen opgehaald moeten worden. De fabrikanten van bevestigingsmiddelen moeten de emissies bepalen met behulp van een specifieke monitoringmethoden. Maar hoe dit precies moet is eigenlijk tot dusver niet duidelijk. Op dit moment zijn alle producten van fasteners buiten Europa (en dat is 95% van de wereldwijde productie) druk bezig dit voor elkaar te gaan krijgen.
Wat betekent CBAM voor onze klanten?
Wij importeren de producten voor jullie, dus wij zijn verantwoordelijke nemen dan ook alle kosten met betrekking tot CBAM voor onze klanten uit handen. Als toekomstig geregistreerd CBAM-importeur zorgen wij ervoor dat alle supply chains soepel blijven functioneren. We zullen de gegevens die in het kader van het CBAM worden verzameld, ook gebruiken om onze leveranciers binnen ons leveranciersbeheer te evalueren en met hen samen te werken aan een productie met een lagere uitstoot en een vermindering van de CO₂-uitstoot.
AuteurBart VeldhuizenAlgemeen Directeur | Vragen?Als je vragen hebt over dit onderwerp neem dan contact met ons op en we helpen je graag verder. |